
Gewone zwavelzwam (Laetiporus sulphureus)
Betekenis naam: Het woord zwavel en de soortnaam sulphureus (afgeleid van sulphur dat ‘zwavel’ betekent) verwijzen naar de gele kleur. Het woord gewone duidt aan deze soort het meest algemeen is in ons taalgebied, in vergelijking met andere soorten van hetzelfde geslacht. Het woord zwam is verwant aan woorden als zomp en het Engelse swamp, gebruikt voor meerdere soorten zompige, sponzige dingen, en heeft een lange geschiedenis. We vinden ook in het Grieks somphos (‘sponzig’). Van oorsprong waarschijnlijk een klanknabootsend woord. Laetiporus is een samenvoeging van het Latijnse laetus (‘vreugdevol’ of ‘weelderig’) en het Griekse poiros (‘gaten’ of ‘poriën’), verwijzend naar de weelderigheid van het vruchtlichaam, dat vol poriën zit aan de onderzijde.
Dit is een eetbare paddenstoel met de smaak en structuur van kip. Om deze reden wordt de gewone zwavelzwam ook wel de ‘kip van het bos’ genoemd. Niet te verwarren met de giftige gewone zwavelkop
Eukaryoten – Unikonta – Obazoa – Opisthokonta – Holomycota – Zoosporia – Opisthosporidia – Schimmels – Dikarya – Basidiomycota – Agaricomycotina – Agaricomycetes – Polyporales – Fomitopsidaceae – Laetiporus


