Boskruiskruid (Senecio sylvaticus)
Betekenis naam / etymologie: Kruiskruid komt mogelijk van de kruiselings geplaatste bladeren (bij sommige soorten, althans), maar waarschijnlijker is het een verbastering van het Duitse Greiskraut, vanwege het grijze pluis van de uitgebloeide bloemen. Boskruiskruid dankt zijn naam aan zijn groeiplaats in de bossen. Ook sylvaticus betekent ‘met betrekking tot het bos’ (sylva = ‘bos’). Senecio komt van het Latijnse senex, dat ‘oude man’ of ‘grijsaard’ betekent, ook vanwege het grijze pluis.
Boskruiskruid komt algemeen voor in Nederland, mits je op de juiste plekken kijkt. Hij groeit met name in het bos, maar ook in de duinen, op de hei en soms bij afgravingen of langs spoorlijnen. De bloemhoofdjes kunnen een of meerdere gele lintbloemen hebben, maar vaak ontbreken die volledig. Boskruiskruid is in grote delen van Eurazië te vinden, maar geeft de voorkeur aan wat koelere, vochtige plekken. In Noord-Amerika is het een geïntroduceerde soort.
Eukaryoten – Diaphoretickes – Archaeplastida – Planten – Streptophyta – Phragmoplastophyta – Landplanten – Polysporangiophyta – Vaatplanten – Euphyllophyta – Zaadplanten – Bedektzadigen – Mesangiospermae – ‘nieuwe’ Tweezaadlobbigen – Geavanceerde tweezaadlobbigen – Pentapetalae – Superasteriden – Asteriden – Euasteriden – Campanuliden – Asterales – Composietenfamilie – Asteroideae – Senecionodae – Senecioneae – Senecioninae – Kruiskruid








Links:
Naturalis bioportal
Verspreidingsatlas
Waarneming
Wikipedia
Wilde planten