Struikhei (Calluna vulgaris)
Betekenis naam / etymologie: De woorden hei en heide voeren terug op het Proto-Germaanse *haiþjō-, dat ‘onbebouwde of onbewerkte grond’ betekende. Heide groeit goed op arme onbebouwde grond, en kan overdrachtelijk dezelfde naam hebben gekregen. We noemen dit struikhei omdat het een struikvormige, houtige groei heeft. Calluna komt waarschijnlijk van het Griekse Kallyno dat ‘schoonvegen’ betekent, verwijzend naar het gebruik om takken van de struikhei te gebruiken in bezems. Vulgaris betekent ‘gewoon’ of ‘algemeen voorkomend’.
Struikhei is de enige soort binnen het geslacht Calluna. De plant komt algemeen voor in Nederland en grote delen van Europa. Het is ook geïntroduceerd in Noord-Amerika door Schotse kolonisten, waar het zich ook weid verspreid heeft. Struikhei vraagt wel een specifieke groeiplaats, die voedselarm en kalkarm moet zijn. Wanneer er geen regelmatige begrazing is, of andere behandeling van de vegetatie door afplaggen of afbranden, wordt de heide snel overgenomen door grassen of braamstruiken. Er bestaan diverse cultivars in verschillende kleuren, voor gebruik in de ornamentele tuin. In Oostenrijk werd struikhei traditioneel als kruidenthee gedronken bij klachten aan de nieren en urinewegen.
Eukaryoten – Diaphoretickes – Archaeplastida – Planten – Streptophyta – Phragmoplastophyta – Landplanten – Polysporangiophyta – Vaatplanten – Euphyllophyta – Zaadplanten – Bedektzadigen – Mesangiospermae – ‘nieuwe’ Tweezaadlobbigen – Geavanceerde tweezaadlobbigen – Pentapetalae – Superasteriden – Asteriden – Ericales – Ericoiden – Heidefamilie – Ericoideae – Ericeae – Calluna






Links:
Naturalis bioportal
Verspreidingsatlas
Waarneming
Wikipedia