Berkenboleet (Leccinum scabrum sl)
Betekenis naam / etymologie: Het woord boleet komt van het Latijnse woord boletus en het Griekse bolites. Die woorden werden van oudsher gebruikt voor alle eetbare paddenstoelen, ook wanneer dat geen boleten waren zoals we die nu onderscheiden en definiëren. De berkenboleet leeft in een symbiotische relatie met berken. Leccinum komt van een oud Italiaans woord dat ‘schimmel’ of ‘paddenstoel’ betekent. Scabrum komt uit het Latijn en betekent ‘ruw’ of ‘schurftig’, vanwege de ruwe, grove structuur van de steel. De afkorting sl staat voor sensu lato en betekent ‘in brede zin’.
Ik noem deze paddenstoel berkenboleet sl, omdat er meerdere sterk gelijkende en nauw verwante soorten zijn, die zelfs door deskundigen soms moeilijk uit elkaar zijn te houden. L. scabrum is wel de meest algemeen en waarschijnlijke soort, maar ik durf dat niet met zekerheid te stellen. De berkenboleet (in enge zin) is een eetbare paddenstoel, al is hij minder smakelijk en populair dan het verwante eekhoorntjesbrood. Er is echter onduidelijkheid over de giftigheid van deze soort en de nauw verwante paddenstoelen, en hoe lang ze gekookt moeten worden voordat ze veilig zijn. Ook wanneer je de berkenboleet veilig acht, kan verwarring met andere soorten optreden. Vandaar dat ik hem niet alleen als eetbaar maar ook als giftig categoriseer.
Berkenboleet sl omvat de gewone, bruingrijze, groenwitte, zwarte, kleine en bonte berkenboleet.
Eukaryoten – Opimoda – Podiata – Amorphea – Obazoa – Opisthokonta – Holomycota – Zoosporia – Opisthosporidia – Schimmels – Eumycota – Symbiomycota – Dikarya – Basidiomycota – Agaricomycotina – Agaricomycetes – Agaricomycetidae – Boletales – Boletaceae – Leccinum



