Parelamaniet

Parelamaniet (Amanita rubescens)

Betekenis naam / etymologie: De naam amaniet en Amanita is afkomstig van het Griekse amanitai wat ‘eetbare paddenstoel’ betekent. Dit is curieus, aangezien de meeste amanieten juist erg giftig zijn. Amanitai komt op zijn beurt weer van de Turkse bergrug Amanos. Waarschijnlijk omdat hier diverse soorten amanieten voorkomen. De naam parelamaniet komt vermoedelijk van de witte vlokken op de hoed die doorgaans, maar niet altijd, helderder wit zijn dan bij gelijkende soorten als de panteramaniet en de grauwe amaniet. Rubescens is Latijn en betekent ‘roodachtig’ omdat het vlees roze-rood verkleurt bij beschadiging. Ook kan de paddenstoel als geheel roodachtig verkleuren als hij ouder wordt. Dit wordt ook wel ‘blozen’ genoemd.

De parelamaniet komt algemeen voor in Nederland, in zowel loof- als naaldbossen. Hij vormt daar mycorrhiza met verschillende soorten bomen. Het is een goed eetbare paddenstoel, mits goed gekookt. Rauw is hij giftig. Plukken wordt afgeraden omdat hij makkelijk met de zeer giftige panteramaniet verward kan worden.

Eukaryoten – Opimoda – Podiata – Amorphea – Obazoa – Opisthokonta – Holomycota – Zoosporia – Opisthosporidia – Schimmels – Eumycota – Symbiomycota – Dikarya – Basidiomycota – Agaricomycotina – Agaricomycetes – Agaricomycetidae – Agaricales – Pluteoid clade – Amanitaceae – Amaniet – Amanita subg. Amanitina – sect. Validae