Zwerminktzwam (Coprinellus disseminatus)
Betekenis naam / etymologie: Inktzwammen danken hun naam aan de manier waarop de zwarte sporen samenvloeien tot een soort inkt. Dit geldt echter niet voor de zwerminktzwam zelf. We noemen dit de zwerminktzwam omdat hij meestal in een hele zwerm bij elkaar groeit. Coprinellus is afgeleid van het geslacht Coprinus, waar deze zwammen voorheen waren ingedeeld, en Coprinus is op diens beurt afgeleid van het Griekse kopros dat ‘mest’ of ‘ontlasting’ betekent. Dit verwijst naar het feit dat veel inktzwammen uit het geslacht Coprinus op mest groeien. Disseminatus is Latijn en betekend ‘uitgezaaid’ of ‘uitgestrooid’ (het bevat het woord semen dat ‘zaad’ betekent) en verwijst ook naar de doorgaans vele vruchtlichamen die bij elkaar te vinden zijn.
De zwerminktzwam komt algemeen voor in Nederland en kent verder een kosmopolitische verspreiding. Hij is niet alleen in grote delen van Europa en Azië voor, maar ook in delen van Noord- en Zuid-Amerika en Australië. Je komt ze het vaakst tegen in de herfst maar ze kunnen het hele jaar door voorkomen. Ze voeden zich met dood hout van loofbomen en -struiken. De soort kent een vorm van seksuele voortplanting waarbij 143 verschillende geslachten kunnen worden onderscheidden. Hij is niet giftig, en in principe eetbaar, maar staat niet bekend als echt de moeite waard.
Eukaryoten – Opimoda – Podiata – Amorphea – Obazoa – Opisthokonta – Holomycota – Zoosporia – Opisthosporidia – Schimmels – Eumycota – Symbiomycota – Dikarya – Basidiomycota – Agaricomycotina – Agaricomycetes – Agaricomycetidae – Agaricales – Agaricoid clade – Psathyrellaceae – Coprinellus

Links:
Naturalis bioportal
Nederlands soortenregister
Verspreidingsatlas
Waarneming
Wikipedia