Reuzenzilverspar (Abies grandis)
Etymologie / betekenis naam: De zilverspar dankt zijn naam aan de witzilveren tot grijze kleur van de onderzijde van de naalden. Het woord spar komt van het Oudnederlandse woord sparre, waarmee een ‘paal’ of ‘balk’ werd aangeduid. Dit woord voert terug naar het Proto-Indo-Europese *sperH- met dezelfde betekenis. We noemen dit de reuzenzilverspar vanwege de grote hoogte die de boom kan bereiken. Abies komt mogelijk van het Griekse abin of abios, wat ‘wie lang leeft’ betekent. Een andere mogelijkheid is het Latijnse werkwoord abeo, dat ‘vertrekken’ betekent. In deze context zou het ‘opstijgend’ of ‘zich verheffend’ betekenen, verwijzend naar de indrukwekkende hoogte die bomen uit het geslacht kunnen bereiken. Volgens andere bronnen is het afgeleid van het Indogermaanse abh, dat zoveel als ‘stromen’ betekent, en in deze context ‘saprijk’ aanduidt. Grandis is Latijn en betekent ‘groot’.
De reuzenzilverspar komt oorspronkelijk uit het noordwesten van de Verenigde Staten, maar wordt vanwege het timmerhout vaak aangeplant in Europa. Het is een zeer snel groeiende boom, die wel 1,5 meter per jaar kan groeien. Het hout is daardoor niet heel sterk en wordt vooral gebruikt voor kisten en papier.
Eukaryoten – Diaphoretickes – Archaeplastida – Planten – Streptophyta – Phragmoplastophyta – Landplanten – Polysporangiophyta – Vaatplanten – Euphyllophyta – Zaadplanten – Naaktzadigen – Pinophtyta – Pinopsida – Coniferen – Dennenfamilie – Abietoideae – Zilverspar – Abies sect. Grandis


Links:
Botanische Tuinen
Naturalis bioportal
Nederlands soortenregister
Verspreidingsatlas
Waarneming
Wikipedia