Betekenis naam / etymologie: De naam van onderfamilie Apocynoideae is afgeleid van de familienaam Apocynaceae die gebaseerd is op het geslacht Apocynum, dat afgeleid is van het Griekse apókunon. Dit woord is samengesteld uit apo- (‘weg’) en kúōn (‘hond’), vanwege de gelijkenis met een verwante plant, Cionura erecta, die werd gebruikt om honden te vergiftigen.

Deze onderfamilie omvat zo’n 78 geslachten en zo’n 860 verschillende soorten. Diverse soorten hebben farmacologische waarden, niet zelden omdat ze al bekend waren als gif om bijvoorbeeld pijlpunten mee te bewerken. Ook bevat deze groep veel ornamentele planten.

Eukaryoten – Diaphoretickes – Archaeplastida – Planten – Streptophyta – Phragmoplastophyta –Landplanten – Polysporangiophyta – Vaatplanten – Euphyllophyta – Zaadplanten – Bedektzadigen – Mesangiospermae – ‘nieuwe’ Tweezaadlobbigen – Geavanceerde tweezaadlobbigen – Pentapetalae – Superasteriden – Asteriden – Euasteriden – Lamiiden – Gentianales – Maagdenpalmfamilie 

Apocynoideae

• Apocyneae
  • Trachelospermum
    • Sterjasmijn (Trachelospermum jasminoides)
• Mesechiteae
  • Mandevilla
    • Chileense jasmijn (Mandevilla laxa)

Links:
Wikipedia (en)