Eukaryoten – Diaphoretickes – Archaeplastida – Planten – Streptophyta – Phragmoplastophyta – Landplanten – Polysporangiophyta – Vaatplanten – Euphyllophyta – Zaadplanten – Bedektzadigen – Mesangiospermae – ‘nieuwe’ Tweezaadlobbigen – Geavanceerde tweezaadlobbigen – Pentapetalae – Superrosiden
Rosiden
- Vitales
- Wijnstokfamilie (Vitaceae)
- Eurosiden
- Fabiden
- Stikstofbindende clade
- Cucurbitales
- Fabales
- Fagales
- Rosales
- Urticaleaanse rosiden
- Hennepfamilie (Cannabaceae)
- Moerbeifamilie (Moraceae)
- Brandnetelfamilie (Urticadeae)
- Duindoornfamilie (Elaeagnaceae)
- Wegedoornfamilie (Rhamnaceae)
- Rozenfamilie (Rosaceae)
- Urticaleaanse rosiden
- COM-clade
- Malpighiales
- Clusioids
- Hertshooifamilie (Hypericaceae)
- Parietal clade
- Salicoids
- Passiebloemfamilie (Passifloraceae)
- Wilgenfamilie (Salicaceae)
- Viooltjesfamilie (Violaceae)
- Salicoids
- Euphorbioids
- Clusioids
- Oxalidales
- Klaverzuringfamilie (Oxadilaceae)
- Malpighiales
- Stikstofbindende clade
- Malviden
- Geraniales
- Brassicales
- Kruisbloemenfamilie (Brassicaceae)
- Resedafamilie (Resedaceae)
- Klimkersfamilie (Tropaeolaceae)
- Malvales
- Myrtales
- Sapindales
- Pruikenboomfamilie
- Wijnruitfamilie (Rutaceae)
- Zeepboomfamilie (Sapindaceae)
- Fabiden



























